Wat geef je weg over de inhoud en wat niet?
Het ligt me al meer dan twintig jaar aan te gapen. Vanaf het moment dat de eisen van mijn diplomering botsten met mijn eigen nieuwsgierigheid wist ik het al. Dit was het. Ondanks dat ik dus niet mijn neus achterna ging, vond ik daarna ook mijn plaats in de universitaire wereld niet. De kans die dat bood, herkende ik toen totaal niet. Eerder een verlammend gevoel van afwijzing.
Mijn documenten sloeg ik op, ik sprak er over met maar een paar mensen, hield contact hierover met nog veel minder en schreef alleen als het niet anders ging. In stilte. Bij voorkeur ’s nachts. Het was zware kost en ik werd er niet blij van. Vroeg me af: als ik het al niet wil schrijven, wie wil het dan lezen?
Welke titel ik mijn als-ik-later-groot-ben-schrijf-ik-een-boek project ook meegaf, er kleefde de dompte sfeer van een waargebeurd verhaal aan. Die verhalen wilde ik nooit lezen, die films die ik niet wilde kijken, dat wilde ik vermijden. Want, wat heb je er aan? Meer dan tegen achteraf elkaar zeggen ‘errug hè’ levert het niet op en dat vond ik zo deprimerend. Bovendien paste het niet bij het streven naar vooruitgang… sorry, ik loop nu op de zaken vooruit.
Een titel dus. Ik verzon een poëtische, een cryptische, een te lange en veel te veel saaie. Maar het beklijfde niet, de titels raakten me niet. Dus toch weer die backspace erover. En op het kale vlak schreef ik dan maar weer Werktitel concept: Rasmoeders.
In eerste instantie dacht ik dat het een gebrek aan inspiratie was. Ik was het in het Engels tegengekomen in artikelen over de first wave feministen. Letterlijk in het Nederlands was Moeders van het ras nog niet spannend, maar in de klank van Rasmoeders voelde ik de spanning: over moeders en moederschap, over raciaal denken, een waardeoordeel over wie of wat dan een rasmoeder is.
Dus, als werktitel oké maar nee, deze titel zou ik niet blijven gebruiken. Nam ik me voor.
Ondertussen hoorde ik de politiek verharden, zag ik de invloed van populisten op de publieke opinie groeien en werden complexe sociale problemen afgedaan met simplificaties als ‘dat is toch gewoon zo’. Ik voelde me een watje, dat ik me niet uitsprak.
Op weg naar mijn werk luisterde ik liever naar Hart en Ziel op Radio 4 in plaats van naar de actualiteiten. En schreef af en toe verder aan het stuk met de tijdelijke titel.
Alleen, er kwam geen betere titel in me op. Eenvoudig, kernachtig, intrigerend.
Ik besloot het zo te laten. Tenminste, eerst nog even met de backspace over Werktitel concept.
Rasmoeders.
0 reacties